17. Stenen uit de woestijn

.

[stenen nr. 17A, 17B, 17C]

De aarde bestond al een tijdje. Langzaam koelde hij een beetje af. Er waren minder vulkanen. Sommige vulkanen werkten niet meer, er kwam geen lava meer uit. Na duizenden, miljoenen jaren begonnen sommige vulkaanbergen te slijten. Er vielen stukken af. Eerst grote rotsblokken. Die rotsen gingen ook kapot, het werden stenen. En ook die stenen werden steeds kleiner. Tot op het laatst alleen nog zand en kleine grindsteentjes overbleven. De manier waarop bergen afslijten en veranderen in zandkorrels heet EROSIE. Zeg maar: EE-ROO-ZIE.

De wind blies het zand weg naar andere plekken. De regen en de rivieren hielpen een handje mee. Op sommige plaatsen kwamen dikke lagen zand boven op elkaar terecht. Onderin werden zandkorreltjes samengedrukt en aan elkaar vastgeplakt. En zo veranderde het zand weer in steen. ZANDSTEEN. Er zijn gebieden op aarde, waar je bijna niets anders vindt dan zand en stenen. Zulke gebieden heten WOESTIJNEN. Al deze 3 stenen komen uit een woestijn. Maar toch zijn ze verschillend.

.

Steen 17A komt uit een warme woestijn. Het is een ZANDSTEEN. Van buiten en van binnen is hij roodbruin. Maar je ziet ook gele, ronde vlekjes. Niemand weet precies hoe die vlekjes er gekomen zijn. Met een beetje fantasie lijken die gele rondjes net kleine zonnetjes. Ze herinneren je aan de zon die altijd op de woestijn scheen.

Steen 17B is grijsbruin, er zitten geen gele rondjes in. Wel iets anders. Wat zie je bovenop de steen? Daar is een scherp ribbeltje. Hoe is die ribbel daar gekomen? In de woestijn waar deze steen lag waren er dikwijls zandstormen. De wind blies zand tegen deze steen. En dat zand schuurde en schuurde. Nu eens van deze kant, dan weer van de andere. In het midden ontstond zo die ribbel op de steen. De steen is genoemd naar de wind, hij heet een WINDKANTER.

Steen 17C komt ook uit een oude woestijn. Eerst was het daar nog warm. Maar plotseling werd het  verschrikkelijk koud. Er kwam een IJSTIJD aan. Een enorm dikke laag sneeuw en ijs bedekte het land. De stenen in de woestijn werden meegesleurd door een rivier van ijs, een gletsjer. Deze steen botste tegen andere stenen en schuurde over de grond. Er kwamen allemaal krassen op. GLETSJERKRASSEN. Die
kun je aan de buitenkant nog goed zien.

Ook in Nederland was er lang geleden een ijstijd (ongeveer 150.000 jaar geleden). Ons land was voor de helft bedekt met ijs. Vanuit Scandinavië kwam een reusachtige ijsgletsjer hier naartoe. Onderweg kwamen er heel veel stenen in het ijs terecht. Stenen uit Zweden, Finland en Noorwegen. Stenen uit Denemarken en Duitsland. Ze bleven hier achter als ZWERFSTENEN. Ook steen 17C zat in die gletsjer. Met al zijn gletsjerkrassen.

Wil je naar de tekst luisteren? Klik op het pijltje op de zwarte balk hieronder.

.